De Racer: Minoritaire partner, grote bijdrage

"Ik legde hen uit dat je voor een film over wielrennen niet naar Frankrijk moest gaan, maar naar België, en specifiek naar Vlaanderen, want niemand ter wereld is gekker op wielrennen dan de Vlamingen," herinnert Robin Kerremans, hoofd internationale coproducties bij Caviar zich.

Caviar is opgericht in België, maar heeft een internationale aanwezigheid, met kantoren in Los Angeles, Londen, Amsterdam, Madrid en Parijs, evenals in Brussel. Het maakt films en dramaseries, met recente projecten zoals de internationale remakes van Professor T. en Before We Die, Sound of Metal, The Rider en Tabula Rasa. Het produceert ook scenario's voor tv, reclamespots en muziekvideo's.

Naast eigen producties zoekt Caviar interessante projecten als minoritaire co-producent en het gesprek in Cannes over The Racer was veelbelovend. De volgende dag stuurde regisseur Kieron J Walsh(Jump, When Brendan Met Trudy) het script op. "We herkenden meteen de kwaliteit van het project, de originaliteit en de uitdagingen," zegt Kerremans.

The Racer speelt zich af in de zomer van 1998, toen de openingsetappes van de Tour de France in Ierland plaatsvonden. Dit was ook de Tour waarin de omvang van het dopinggebruik in het professionele wielrennen duidelijk werd na de Festina-affaire, waarin een masseur van het team werd betrapt op het meenemen van verboden middelen naar de wedstrijd.

Het hoofdpersonage van de film is fictief: Dom Chabol, een van de beste ondersteunende renners in het spel. Het is zijn taak om het tempo te bepalen en de stersprinter van zijn team in de beste positie te brengen om als eerste over de streep te komen. Maar ondersteunende renners winnen nooit, en voor deze ene keer, voordat hij te oud is, wil Dom graag de gele trui dragen. Aanvankelijk liet zijn ploeg hem vallen, maar het drugsschandaal dat zich ontvouwt lijkt hem een laatste kans te geven.

Kerremans vond dat het project veel van Caviar's creatieve DNA deelde, dat hij omschrijft als 'genre met een randje'. "We willen origineel zijn, we willen dingen anders doen, maar onze projecten moeten ook commercieel genoeg zijn om hun publiek te vinden."

Hoewel Caviar de kleinste van de drie coproducenten werd, kon het toch heel wat inbrengen. Eerst en vooral leverde het een creatieve bijdrage, door het script te helpen herzien om enkele Vlaamse elementen te introduceren, bijvoorbeeld door van Dom een Vlaamse wielrenner te maken, en door het verhaal aan te scherpen. "We hebben veel interne creatieven bij Caviar die experts zijn in het vertellen van verhalen.

"Dan was er nog de casting, waarbij drie van de hoofdrollen naar Vlaamse acteurs gingen. Louis Talpe (Niet schieten, Wat Mannen Willen) werd geselecteerd om Dom Chabol te spelen, nadat hij de aandacht van de Ierse producent had getrokken met een Instagram post terwijl hij op een triatlonfiets reed. "Louis speelde de rol van zijn leven en was in staat om het project te sturen," zegt Kerremans.

Matteo Simoni (Marina, Patser) werd gecast als de Italiaanse sprinter van het team, Lupo 'Tartare' Marino, en relatieve nieuwkomer Ward Kerremans als Lionel Dardonne, een groentje die voor het eerst in aanraking komt met de dopingverleiding. "Matteo is een bekende acteur en Ward is een nieuwe naam die op het punt staat om door te breken. Beiden zijn van wereldklasse."

Ze verschijnen naast internationaal talent, waaronder Iain Glen (Game of Thrones) als drugspushende masseur, Karel Roden (Orphan, RocknRolla) en Tara Lee (The Fall). Deze combinatie van lokale en internationale sterren, plus een verhaal over de favoriete sport van het land, betekende dat Caviar ook de financiering kon uitbreiden.

Het verzekerde zich van een minimumgarantie van Benelux-distributeur KFD en schakelde ook een sportvoedingsbedrijf in voor product placement. Dit kwam bovenop de financiering van Screen Flanders en de Tax Shelter-investering via dochterbedrijf Caviar Film Financing. De Belgische betrokkenheid maakte het ook mogelijk om steun te krijgen van Eurimages.

Al deze ondersteuning was mogelijk zonder dat er ook maar één opnamedag in België plaatsvond. "We hebben maximaal gebruik gemaakt van de flexibiliteit die we hier in Vlaanderen hebben," legt Kerremans uit. "Onze fondsen en financieringssystemen laten toe dat mensen reizen, en in deze productie werd dat maximaal benut."

Dus reisden de Vlaamse cast en crew naar Luxemburg voor de opnames van de interieurs en vervolgens naar Ierland voor de racescènes. Daarna gebeurde de montage in Vlaanderen, door Mathieu Depuydt en Nico Poedts, samen met het sound design en de grading. "We hebben hier in Vlaanderen graders die echte kunstenaars zijn."

De visuele effecten werden verzorgd door Flow Postproduction uit Antwerpen, dat de sfeer van de racescènes opbouwde. "Alle mensenmassa's, duizenden juichende mensen in de straten van Dublin, werden geproduceerd door VFX in Vlaanderen."

Tot slot schreef componist Hannes De Maeyer de score, voortbouwend op zijn reputatie die hij opbouwde door een lange samenwerking met het spraakmakende regisseursduo Adil El Arbi en Bilall Fallah (Black, Patser).

"Zijn muziek werd zeer goed ontvangen, zowel door de regisseur toen hij het voor het eerst hoorde, als door het publiek," herinnert Kerremans zich. "Een van de opmerkingen die we het vaakst hoorden was dat de muziek echt iets toevoegde aan de film, en het is fijn om te kunnen zeggen dat dat uit Vlaanderen kwam."